dinsdag 16 april 2013

GODELIEVE OVER NATUUR

In mijn onderzoek naar hoe organisaties vorm krijgen in een nieuwe economie ontmoette ik Willie Smits http://www.uitzending.net/gemist/16083/Nederland-1/KRO_De_Renie.html  Willie woont en werkt in Indonesië. Hij combineert zijn liefde voor de natuur met zijn kwaliteiten als onderzoeker en ondernemer, waardoor een interessante samenwerking tussen ondernemen en zorgen voor de aarde ontstaat.
In ons eerste gesprek vertelde hij: “Ik kwam een orang-oetan tegen op een markt in Indonesië, in een kooitje. ’s Avonds ging ik terug en vond ik de baby op een afvalhoop, ze was aan het doodgaan. Ik kon haar helpen, en al snel kwam er een andere orang-oetan die we ook konden helpen.”
Willie’s droom om de orang-oetang ruimte om te leven te geven leidde tot talloze initiatieven en ideeën om daaraan bij te dragen, variërend van opvangcentra tot andere vormen van ondernemen en landbouw en bosbeheer.

Hij richtte ondermeer het bedrijf Tapworld op dat suikerpalmsap verwerkt tot suiker en ethanol. Het eigenlijk doel van deze onderneming is het ontwikkelen van natuur die economisch rendabel is, om zo natuurherstel financieel aantrekkelijk te maken en lokale gemeenschappen te versterken. Alles wat binnen Tapworld gebeurt en ondernomen wordt, begint en eindigt bij de natuur. Door de economie als een onderdeel van de natuur te zien is de natuur ook het systeem waarbinnen de onderneming opereert. De natuur bepaalt dus waar welk gewas op welke manier in welke omgeving  geteeld kan worden, zodat de ecologische balans zich kan herstellen of ontwikkelen. De natuur is het sociaal, ecologisch én economisch kapitaal. Alles komt daaruit voort. In het concept van Tapworld is het gewas niet één plant, maar een variatie aan planten die samen een natuurlijke habitat vormen.

Willie Smits onderzoekt voortdurend wat de natuur wel en niet aankan, en naar wat haar versterkt en herstelt. Hij doet dat door zo veel mogelijk variabelen in kaart te brengen met elkaar te combineren. Zijn binding met de natuurlijke omgeving is deel van hem geworden: “Ik zat als kind al vaak in het bos en wilde werken met dieren. (….) Later werd ik teamleider tropenbos Kalimantan, hun doelstellingen leken erg op waar we mee bezig waren: het aanleggen van proefbossen om na te gaan hoe we uiteindelijk nieuwe bossen kunnen aanleggen die economisch ook rendabel zijn. (….) We ontwikkelden methodes om het bos in de gaten te houden, maakten er scans van. (….) Ik heb allemaal systemen gemaakt van bossen aanleggen, afhankelijk van allerlei factoren. Je kunt plannen voor welk dorp je het maakt. Er zit een model achter. De kennis is nu heel erg gespecialiseerd.”

Tapworld geeft op basis van de natuurlijke en sociale kwaliteiten van een gebied en haar bewoners, de organisatie en aanpak vorm. Op basis van reken- en simulatiemodellen ontwerpen zij “suikerpalmbossen” waarin zowel ecologische, als sociale, als economische variabelen mee gewogen worden. Zo zal in de ene regio de aanplant van suikerpalm gecombineerd worden met fruitgewassen en in een andere met rubberbomen. Altijd wordt een combinatie gemaakt met economisch niet rendabele gewassen om te zorgen voor voldoende biodiversiteit.
Wat mij aanspreekt aan het werk van Willie is zijn keuze om aan de ander kant te beginnen: dus bij wat de natuur aanreikt. Hij onderneemt letterlijk samen met de natuur. Door zich te laten leiden komt hij tot een efficiënte en effectieve manier van ondernemen die niet alleen vruchten afwerpt voor alle menselijke stakeholders maar vooral ook voor de natuur en al haar bewoners waaronder natuurlijk de orang-oetan.

Het volledige onderzoek is terug te vinden op http://www.creatingchange.nl/media/onderzoek-nieuwe-economie.pdf

Geen opmerkingen:

Een reactie posten